The world according to Caro: 'Mijn plek is tussen de middenmootmensen'
Throwback thursday! Caroline van Mourik schreef als &C talent een jaar lang columns voor &C magazine onder de titel The world according to Caro. We selecteerden haar mooiste columns. Deze week haar bijdrage uit het meinummer van 2018.
‘Het is niet eerlijk!’
Ze is zo mooi. Als haar suikertante vind ik haar zelfs met pruillip prachtig.
’Ik ben nergens écht goed in,’ zucht ze.
Ze heeft te veel toetsen, een onvoldoende voor wiskunde, en turnen blijkt toch niet haar grootste talent. Puber zijn valt soms niet mee. Zo veel wat je moet en niet wilt, zo veel wat je weÌÂÂl wilt maar nog niet bent.
‘Ik ben zo gewoontjes.’
Meisjes van dertien weten nog geen snars van hoe bijzonder ze zijn.
‘Je hebt nog alle tijd van de wereld, lieverd.’
Ik pak haar hand.
‘Maar jij kunt alles,’ zegt ze.
Lees ook: The world according to Caro: 'Paniek. Dat kan ik níet. Paniek!'
Even twijfel ik of ik op dit voetstuk zal blijven staan. We zien in de ander wat we willen zien. Of missen bij onszelf. De werkelijkheid ziet er minder hoogdravend uit. Ik haalde na uren woordjes stampen een mager zesje voor Engels en hoorde bij geen enkel clubje. Toen ik dertien was, wilde ik in het showballet, net als op tv. Dus fietste ik elke woensdagmiddag naar jazzballetles in een muffe gymzaal, waar het rook naar zweterige gymschoenen en geplette bananen in grote sporttassen. Ik deed mijn best en in mijn hoofd kwam ik in de buurt van een echte danseres. Totdat ik een video-opname zag van onze show. Het meisje met iets te kort haar, dat iets te vaak uit de pas danste, dat was ik. Daarmee was mijn plek in de middenmoot gegarandeerd. Wel werd ik een keer onbedoeld derde van Noord-Holland met judo. Zo leuk vond ik dat getouwtrek in witte pakken niet meer, maar ik roste iedereen van mijn mat en won tot mijn schrik. ‘Kom Caroline, even op de foto met de winnaars.’ Maar daar was ik te verlegen voor. In tranen rende ik naar de kleedkamer. Mijn judobroek was te lang, de vloertegels te glad. Dus had ik naast een bronzen medaille ook een verbrijzeld stuitje.
Grote successen bleven uit en ik vond mijn plek tussen de middenmootmensen. Niks mis met de zevens des levens. In de middenmoot is het op zich prima toeven. En toch willen we allemaal weleens met kop en schouders boven dat maaiveld uit steken. Al is het maar om wat rond te neuzen. Gewoon even te voelen hoe het daar is. Hoe is het uitzicht bovenin? Waait het er hard? Is het moeilijk die hoge ogen te blijven vangen? Zo zou ik graag willen dat ik uitzonderlijk goed kon zingen. En drummen. En dat ik heel mooi lang, dik, golvend haar had. Dat is op zich geen talent, maar ik wil niks liever. Het zou zo mooi wapperen, daar boven het maaiveld.
Lees ook: The world according to Caro: de oude vrouw en de zee
Ik aai over het lange, dikke, golvende haar van het mooiste zeventje in mijn leven. Het maakt niet uit als de medaille van de avondvierdaagse de enige is die ze ooit zal krijgen. Of als ze elke tennisbal tegen het net slaat. Als ik maar af en toe haar hand mag pakken. Dan til ik haar op zodat ze op mijn schouders kan staan om even boven het maaiveld te gluren, en zoeken we samen haar talent. In de tussentijd hou ik het beste plekje in de middenmoot voor haar vrij.